| InhoudInformatie over voorinstallatie Systeemvereisten Belangrijke informatie voor x64-besturingssystemen Belangrijke informatie voor Windows Server 2008 for Itanium-Based Systems Voordat u Setup start Bekende problemen Een Server Core-installatie installeren Meerdere besturingssystemen op dezelfde computer installeren Een installatie zonder toezicht uitvoeren Upgraden Ondersteunde upgradepaden Voordat u een upgrade uitvoert Probleemoplossing Probleem: Installatie is mislukt en ik weet niet waarom Probleem: Een partitie wordt weergegeven als onbeschikbaar Probleem: Ik heb het besturingssysteem geïnstalleerd, maar nu kan ik mijn computer niet opstarten Probleem: Ik heb Setup vanuit Windows gestart, en nadat ik voor het eerst opnieuw heb opgestart, mislukt de installatie en wordt er een blauw scherm weergegeven Aanvullende informatie Copyright |
Dit document bevat informatie over de installatie van het besturingssysteem Windows Server® 2008. Het bevat ook informatie die u kunt gebruiken om problemen die tijdens de installatie kunnen ontstaan, op te lossen.
De installatie wordt in verscheidene fasen uitgevoerd. Eerst wordt u gevraagd enkele basisgegevens in te voeren. Vervolgens worden er door Setup bestanden gekopieerd en wordt de computer opnieuw opgestart. Tot slot wordt er een menu weergegeven met eerste configuratietaken. Dit menu kunt u gebruiken om de serverconfiguratie af te stemmen op uw specifieke behoeften.
Informatie over voorinstallatie
Systeemvereisten
De volgende gegevens zijn geschatte systeemvereisten voor Windows Server 2008. Als uw computer niet voldoet aan de minimumvereisten, kunt u dit product niet goed installeren. De daadwerkelijke vereisten zijn afhankelijk van de systeemconfiguratie en de toepassingen en functies die u installeert.
Processor
De prestaties van de processor zijn niet alleen afhankelijk van de klokfrequentie van de processor, maar ook van het aantal processorcores en de grootte van de processorcache. Dit zijn de eisen die worden gesteld aan een processor voor dit product:
-
Minimum: 1 GHz (voor x86-processors) of 1,4 GHz (voor x64-processors)
-
Aanbevolen: 2 GHz of sneller
Opmerking |
Voor Windows Server 2008 voor Itanium-systemen is een Intel Itanium 2-processor vereist.
|
RAM
Dit zijn de RAM-vereisten voor dit product:
-
Minimum: 512 MB
-
Aanbevolen: 2 GB of meer
-
Maximum (32 bitssystemen): 4 GB (voor Windows Server 2008 Standard) of 64 GB (voor Windows Server 2008 Enterprise of Windows Server 2008 Datacenter)
-
Maximum (64 bitssystemen): 32 GB (voor Windows Server 2008 Standard) of 2 TB (voor Windows Server 2008 Enterprise, Windows Server 2008 Datacenter of Windows Server 2008 voor Itanium-systemen)
Vereisten voor schijfruimte
Hier volgen de geschatte schijfruimtevereisten voor de systeempartitie. De vereisten voor Itanium- en x64-besturingssystemen wijken af van deze geschatte waarden. Er is mogelijk extra schijfruimte nodig als u het systeem via een netwerk installeert. Zie http://go.microsoft.com/fwlink/?LinkID=99285 voor meer informatie.
-
Minimum: 10 GB
-
Aanbevolen: 40 GB of meer
Opmerking |
Computers met meer dan 16 GB RAM vereisen meer schijfruimte voor wissel-, slaapstand- of dumpbestanden.
|
-
Dvd-rom-station
-
Super VGA (800 x 600) of een beeldscherm met een hogere resolutie
-
Toetsenbord en een Microsoft®-muis (of een ander compatibel aanwijsapparaat)
Belangrijke overwegingen voor Active Directory-domeincontrollers
Voor het upgraden van Windows Server 2003 naar Windows Server 2008 is vrije schijfruimte vereist voor de kopie van het nieuwe besturingssysteem, voor het installatieproces en voor eventuele geïnstalleerde serverrollen.
Voor de rol van domeincontroller zijn er ook specifieke schijfruimtevereisten voor het volume of de volumes die de volgende bronnen hosten:
-
Toepassingsgegevens (%AppData%)
-
Programmabestanden (%ProgramFiles%)
-
Gebruikersgegevens (%SystemDrive%\Documents and Settings)
-
Windows®-map (%WinDir%)
De vrije ruimte op het volume %WinDir% moet gelijk zijn aan of groter zijn dan de huidige grootte van de bovenstaande bronnen en hun onderliggende mappen wanneer die zich op het %WinDir%-volume bevinden. dcpromo plaatst de database- en logboekbestanden van Active Directory® standaard onder %Windir%. In dit geval wordt hun omvang opgenomen in de vereisten voor vrije schijfruimte voor de %Windir%-map.
Als de ActiveDirectory-database echter buiten een van de bovenstaande mappen wordt gehost, hoeft het volume of de volumes die de database host(en), alleen extra vrije ruimte te bevatten die gelijk is aan ten minste 10% van de huidige databasegrootte of 250 MB (wat het grootste is). Tot slot moet het volume dat de logboekbestanden host, ten minste 50 MB vrije ruimte bevatten.
Bij een standaardinstallatie van de Active Directory-directoryservice in Windows Server 2003 staan de database- en logboekbestanden van Active Directory onder %WinDir%\NTDS. Bij deze configuratie worden het NTDS.DIT-databasebestand en alle logboekbestanden tijdelijk naar de quarantaine gekopieerd en vervolgens teruggekopieerd naar hun oorspronkelijke locatie. Daarom is er extra vrije ruimte vereist voor deze bronnen. De SYSVOL-map, die zich ook onder %WinDir% (%WinDir%/SYSVOL) bevindt, wordt echter verplaatst en niet gekopieerd, en vereist daarom geen extra vrije ruimte.
Na de upgrade wordt de ruimte die voor de gekopieerde bronnen was gereserveerd, naar het bestandssysteem geretourneerd.
Belangrijke informatie voor x64-besturingssystemen
Zorg ervoor
dat u stuurprogramma's in kernelmodus hebt bijgewerkt en digitaal hebt ondertekend voor x64-versies van Windows Server 2008 (inclusief de 64 bitsversies van Windows Server 2008 met uitzondering van Windows Server 2008 voor Itanium-systemen.)
Als u een Plug en Play-apparaat installeert, wordt er mogelijk een waarschuwing weergegeven als het stuurprogramma niet digitaal is ondertekend. Als u een toepassing installeert die een stuurprogramma bevat dat niet digitaal is ondertekend, wordt er tijdens de installatie geen foutmelding weergegeven. In beide gevallen wordt het niet-ondertekende stuurprogramma niet in Windows Server 2008 geladen.
Als u niet zeker weet of het stuurprogramma digitaal is ondertekend, of als u de computer na de installatie niet kunt opstarten, kunt u de volgende procedure gebruiken om te zorgen dat de voorwaarde dat het stuurprogramma moet zijn ondertekend, vervalt. Met deze procedure wordt de computer op de juiste manier opgestart en wordt het niet-ondertekende stuurprogramma zonder problemen geladen.
De handtekeningvoorwaarde uitschakelen voor het huidige opstartproces:
-
Start de computer opnieuw op en druk tijdens het opstarten op F8.
-
Selecteer Geavanceerde opstartopties.
-
Selecteer Uitschakelen van stuurprogrammahandtekening bekrachtigen.
-
Start Windows op en verwijder het niet-ondertekende stuurprogramma.
Vraag uw leverancier naar de beschikbaarheid van een ondertekend 64 bitsapparaatstuurprogramma.
Zie http://go.microsoft.com/fwlink/?LinkID=66577 voor meer informatie.
Belangrijke informatie voor Windows Server 2008 for Itanium-Based Systems
In Windows Server 2008 voor Itanium-systemen is Setupldr.efi niet langer aanwezig op de installatiemedia. Als u Windows Server 2008 wilt installeren vanuit de EFI-shell (Extensible Firmware Interface), plaatst u de installatiemedia in de computer en kiest u Opstarten vanuit EFI-shell uit het opstartmenu. Ga vervolgens over naar het station met de installatiemedia, navigeer naar \efi\boot\ en voer Bootia64.efi uit.
Voordat u Setup start
Voordat u Windows Server 2008 installeert, voert u de stappen in de volgende sectie uit om de installatie voor te bereiden.
-
Controleer of de toepassingen compatibel zijn. Als hulp bij deze taak kunt u de Microsoft-toolkit voor compatibiliteit van toepassingen gebruiken. Hoewel deze toolkit in eerste instantie is bedoeld voor het verschaffen van informatie over de compatibiliteit van netwerktoepassingen, kunt u deze ook gebruiken als voorbereiding op de installatie van Windows Server 2008. Raadpleeg de informatie over compatibiliteit van Windows-toepassingen (http://go.microsoft.com/fwlink/?LinkID=29880).
-
Koppel UPS-apparaten los.Als u een noodvoeding (UPS) hebt aangesloten op de doelcomputer, moet u de seriële kabel loskoppelen voordat u de installatie uitvoert. Tijdens de installatie wordt automatisch geprobeerd apparaten te detecteren die op seriële poorten zijn aangesloten. UPS-apparatuur kan bij het detectieproces voor problemen zorgen.
-
Maak een back-up van uw servers. De back-up moet alle gegevens en configuratiegegevens bevatten die nodig zijn voor de werking van die computer. Het is van groot belang om een back-up van configuratiegegevens voor servers uit te voeren, vooral voor servers die netwerkinfrastructuur bieden, zoals DHCP-servers (Dynamic Host Configuration Protocol). Wanneer u de back-up uitvoert, moet u ook de opstart- en systeempartities en de gegevens van de systeemstatus meenemen. U kunt ook een back-up maken van configuratiegegevens door een back-upset te maken voor automatisch systeemherstel.
-
Schakel uw antivirussoftware uit. Antivirussoftware kan een storende invloed hebben op de installatie. Deze software kan er bijvoorbeeld voor zorgen dat de installatie veel langzamer verloopt dan normaal, omdat elk bestand dat lokaal naar uw computer wordt gekopieerd, wordt gescand.
-
Voer het hulpprogramma Windows Geheugencontrole uit. Voer dit hulpprogramma uit om het RAM (Random Access Memory) op de computer te testen. Als u het hulpprogramma Windows Geheugencontrole wilt uitvoeren, volgt u de instructies in de gebruikershandleiding van het hulpprogramma (http://go.microsoft.com/fwlink/?LinkID=50362).
-
Installeer stuurprogramma's voor massaopslag. Als de fabrikant u een afzonderlijk stuurprogrammabestand heeft verstrekt, moet u het bestand opslaan op een diskette, cd, dvd of USB-flashstation (Universal Serial Bus) in de hoofdmap van de schijf of het station of in een van de volgende mappen: amd64 voor x64-computers, i386 voor 32-bits computers of ia64 voor Itanium-computers. Als u het stuurprogramma tijdens de installatie wilt ophalen, klikt u op de pagina voor het selecteren van een schijf op Stuurprogramma laden (of drukt u op F6). U kunt bladeren om het stuurprogramma op te sporen of opgeven dat Setup op de media naar het bestand moet zoeken.
-
Houd er rekening mee dat Windows Firewall standaard is ingeschakeld. Servertoepassingen die ongevraagde binnenkomende verbindingen moeten ontvangen, zullen pas werken nadat u firewall-regels voor binnenkomende verbindingen hebt gemaakt om deze verbindingen toe te staan. Neem contact op met de leverancier van de toepassing om na te gaan welke poorten en protocollen de toepassing nodig heeft om goed te kunnen worden uitgevoerd.
Zie http://go.microsoft.com/fwlink/?LinkID=84639 voor meer informatie over Windows Firewall.
-
Bereid uw Active Directory
-omgeving voor met Windows Server 2008-updates. Voordat u een domeincontroller waarop Windows Server 2008 wordt uitgevoerd, kunt toevoegen aan een Active Directory-omgeving waarin het besturingssysteem Windows 2000 of Windows Server 2003 wordt uitgevoerd, moet u de omgeving bijwerken.
Opmerking |
Zelfs als u deze stappen hebt gevolgd om eerdere releases te installeren, moet u deze procedures herhalen voordat u deze release van Windows Server 2008 installeert.
|
Gebruik de volgende procedure om de Active Directory-omgeving bij te werken. Als u een installatie zonder toezicht uitvoert, moet u deze stap uitvoeren voordat u het besturingssysteem installeert. Als u geen installatie zonder toezicht uitvoert, moet u deze stap uitvoeren nadat u Setup hebt uitgevoerd, en voordat u Active Directory Domain Services installeert.
Een forest voorbereiden
-
Meld u aan bij de schema-master als lid van de groep Ondernemingsadministrators, Schema-administrators of Domeinadministrators.
-
Kopieer de inhoud van de map \sources\adprep van de Windows Server 2008-installatie-dvd naar de houder van de rol van schema-master.
-
Open een opdrachtpromptvenster, ga naar de map Adprep en voer adprep /forestprep uit.
-
Als u van plan bent een alleen-lezen domeincontroller (RODC) te installeren, voert u adprep /rodcprep uit.
-
Wacht totdat de bewerking is voltooid en de wijzigingen zijn gerepliceerd voordat u de volgende procedure uitvoert.
Een domein voorbereiden
-
Meld u aan bij de infrastructuurmaster als lid van de groep Domeinadministrators.
-
Kopieer de inhoud van de map \sources\adprep van de installatie-dvd naar de houder van de rol van infrastructuurmaster.
-
Open een opdrachtpromptvenster, ga naar de map Adprep en voer adprep /domainprep /gpprep uit.
-
Wacht totdat de bewerking is voltooid en de wijzigingen zijn gerepliceerd.
Nadat u deze stappen hebt voltooid, kunt u domeincontrollers waarop Windows Server 2008 wordt uitgevoerd, toevoegen aan de domeinen die u hebt voorbereid. Met de opdracht adprep worden onder andere de volgende taken uitgevoerd: het schema wordt uitgebreid, de standaard security descriptors van geselecteerde objecten worden bijgewerkt en er worden nieuwe directory-objecten toegevoegd die nodig zijn voor bepaalde toepassingen.
Zie http://go.microsoft.com/fwlink/?LinkID=108405 voor meer informatie over adprep.
Begin van pagina Bekende problemenBegin van pagina Een Server Core-installatie installeren
Wanneer u een Server Core-installatie van Windows Server 2008 op een x86- of x64-server installeert, wordt u gevraagd om tijdens het uitvoeren van Setup een van de volgende opties te installeren. U kunt aan de hand van de volgende omschrijvingen bepalen welke optie u het beste kunt kiezen:
-
Windows Server 2008
VERSIE
(Volledige installatie). Met deze optie installeert u de volledige installatie van Windows Server 2008. Deze installatie omvat de volledige gebruikersinterface en ondersteunt alle serverrollen.
-
Windows Server 2008
VERSIE
(Server Core-installatie). Met deze optie wordt een minimale serverinstallatie van Windows Server 2008 geïnstalleerd, die u kunt gebruiken om ondersteunde serverrollen uit te voeren. Zie http://go.microsoft.com/fwlink/?LinkID=99300 voor een volledige lijst van serverrollen die beschikbaar zijn in Server Core-installaties.
Als u deze optie selecteert, worden alleen die bestanden geïnstalleerd die vereist zijn om deze serverrollen te laten functioneren. De traditionele Windows-interface wordt bijvoorbeeld niet geïnstalleerd. U kunt de server lokaal configureren en beheren vanaf de opdrachtprompt. Het is de moeite waard om deze optie te overwegen, omdat hiermee minder onderhoud en beheer is vereist voor de server en de server minder kwetsbaar wordt voor aanvallen.
Opmerking |
Zie de stapsgewijze handleiding (http://go.microsoft.com/fwlink/?LinkID=87369) voor meer informatie over de Server Core-installatieoptie. Deze handleiding bevat onder andere gedetailleerde procedures voor het installeren en beheren van serverrollen en -functies.
|
Begin van pagina Meerdere besturingssystemen op dezelfde computer installeren
U wordt aangeraden Windows Server 2008 te installeren op een partitie die losstaat van uw vorige besturingssysteem. Als u dat doet, houdt u toegang tot het andere besturingssysteem. Voor de beste resultaten wordt u aangeraden Setup te starten vanuit Windows (en de computer niet op te starten vanaf de product-dvd) en vervolgens een aangepaste (schone) installatie uit te voeren op een afzonderlijke partitie.
Begin van pagina Een installatie zonder toezicht uitvoeren
Zie de stapsgewijze installatiehandleiding van Windows Vista (http://go.microsoft.com/fwlink/?LinkID=66066) voor informatie over het uitvoeren van een installatie zonder toezicht.
Raadpleeg de gebruikershandleiding in het pakket voor automatische Windows-installaties van Windows Server 2008 (Waik.chm) voor aanvullende informatie over de installatie zonder toezicht van Windows Server 2008.
Opmerking |
Deze handleidingen zijn van toepassing op beide besturingssystemen (Windows Server 2008 en Windows Vista).
|
Begin van pagina Upgraden
Ondersteunde upgradepaden
In deze tabel wordt weergegeven welke Windows-besturingssystemen kunnen worden opgewaardeerd naar welke edities van deze release van Windows Server 2008.
Opmerking |
Met uitzondering van Windows Server 2008 voor Itanium-systemen is deze tabel van toepassing op 32 en 64 bitsversies. Platformupgrades (van 32 naar 64 bits of omgekeerd) worden echter niet ondersteund.
|
Als u het volgende uitvoert:
|
Kunt u upgraden naar deze versie van:
|
-
Windows Server 2003 R2 Standard Edition
-
Windows Server 2003 Standard Edition met Service Pack 1 (SP1)
-
Windows Server 2003 Standard Edition met Service Pack 2 (SP2)
-
Windows Server 2008 Standard RC0
-
Windows Server 2008 Standard RC1
|
-
Volledige installatie van Windows Server 2008 Standard
-
Volledige installatie van Windows Server 2008 Enterprise
|
-
Windows Server 2003 R2 Enterprise Edition
-
Windows Server 2003 Enterprise Edition met Service Pack 1 (SP1)
-
Windows Server 2003 Enterprise Edition met Service Pack 2 (SP2)
-
Windows Server 2008 Enterprise RC0
-
Windows Server 2008 Enterprise RC1
|
-
Volledige installatie van Windows Server 2008 Enterprise
|
-
Windows Server 2003 R2 Datacenter Edition
-
Windows Server 2003 Datacenter Edition met Service Pack 1 (SP1)
-
Windows Server 2003 Datacenter Edition met Service Pack 2 (SP2)
-
Windows Server 2008 Datacenter RC0
-
Windows Server 2008 Datacenter RC1
|
-
Volledige installatie van Windows Server 2008 Datacenter
|
Voordat u een upgrade uitvoert
-
Maak een back-up van uw servers. De back-up moet alle gegevens en configuratiegegevens bevatten die nodig zijn voor de werking van die computer. Het is van groot belang om een back-up van configuratiegegevens voor servers uit te voeren, vooral voor servers die netwerkinfrastructuur bieden, zoals DHCP-servers (Dynamic Host Configuration Protocol). Wanneer u de back-up uitvoert, moet u ook de opstart- en systeempartities en de gegevens van de systeemstatus meenemen. U kunt ook een back-up maken van configuratiegegevens door een back-upset te maken voor automatisch systeemherstel.
-
Een upgrade van Windows Server 2003 naar Server Core-installaties van Windows Server 2008 wordt niet ondersteund.
-
U kunt deze versie van Windows Server 2008 niet verwijderen als u de versie als upgrade hebt geïnstalleerd. Als Setup echter niet lukt, kunt u uw vorige besturingssysteem herstellen.
-
Nadat u in de installatiewizard de editie hebt geselecteerd en de upgradeoptie hebt gekozen (in plaats van een schone installatie uit te voeren), ziet u een dialoogvenster met een koppeling naar informatie over toepassingscompatibiliteit. Volg de koppeling en lees de informatie over uw geïnstalleerde toepassingen voordat u de upgrade voortzet.
Begin van pagina Probleemoplossing
Hieronder volgen enkele algemene problemen en oplossingen voor problemen die u tijdens de installatie kunt tegenkomen.
Probleem: Installatie is mislukt en ik weet niet waarom
Oplossing: Raadpleeg de logboekbestanden Setupact.log en Setuperr.log voor algemene probleemoplossingen. Afhankelijk van het punt waarop de installatie is mislukt, bevinden deze bestanden zich in de map $WINDOWS.~BT\Sources\Panther of Windows\Panther. Meestal bevinden deze mappen zich op de partitie waarop Windows Server 2008 wordt geïnstalleerd, of op de partitie met het oude besturingssysteem. Als Setup echter is mislukt op een Itanium-computer, bevindt deze map zich misschien op een ander station met beschikbare vasteschijfruimte.
Probleem: Een partitie wordt weergegeven als onbeschikbaar
In deze sectie worden redenen weergegeven waarom een partitie mogelijk onbeschikbaar is, en mogelijke oplossingen voor deze problemen.
-
De partitie is te klein. U lost dit probleem op door de schijf opnieuw te configureren zodat de partitie groter is. Klik op de partitie en klik vervolgens op Uitbreiden. Als u geen niet-toegewezen ruimte hebt, moet u een andere partitie verwijderen om meer vrije vasteschijfruimte te maken, of een andere partitie selecteren.
-
De partitie heeft onvoldoende vrije ruimte. U lost dit probleem op door meer ruimte vrij te maken. Probeer hiervoor eerst overbodige bestanden te verwijderen die zich op de partitie bevinden. Als u hiermee onvoldoende vrije ruimte creëert, moet u de schijf opnieuw configureren zodat de partitie groter is. Klik hiervoor op de gewenste partitie en klik vervolgens op Uitbreiden.
-
De partitie is geen NTFS-volume. Setup kan dit besturingssysteem alleen op schijven installeren die als NTFS-bestandssystemen zijn geconfigureerd. U kunt dit product niet op FAT-bestandssystemen installeren.
-
De partitie is geen basisschijf of een ondersteund eenvoudig dynamisch volume. Setup kan dit besturingssysteem alleen op basisschijven en bepaalde typen eenvoudige dynamische volumes installeren.
-
Er zijn meerdere onbewerkte schijven die niet zijn
geïnitialiseerd. U kunt één onbewerkte schijf gebruiken, maar als u er meerdere hebt, moet u een partitie op een van de schijven maken. Hiervoor maakt u een partitie op de schijf tijdens Setup, start u de computer opnieuw op en voert u Setup nogmaals uit.
-
De schijf is uitgeschakeld in de BIOS-instellingen van de computer. U lost dit probleem op door de schijf in te schakelen in de BIOS-instellingen van de computer.
-
De computerhardware ondersteunt installatie van een besturingssysteem op die schijf niet.
Probleem: Ik heb het besturingssysteem geïnstalleerd, maar nu kan ik mijn computer niet opstarten
Oorzaak: U hebt misschien een stuurprogramma geïnstalleerd dat niet digitaal is ondertekend.
Oplossing: Voor meer informatie over oplossingen raadpleegt u Zorg dat u stuurprogramma's in kernelmodus hebt bijgewerkt en digitaal hebt ondertekend voor x64-versies van Windows Server 2008 in de sectie Voordat u Setup start van dit document.
Probleem: Ik heb Setup vanuit Windows gestart, en nadat ik voor het eerst opnieuw heb opgestart, mislukt de installatie en wordt er een blauw scherm weergegeven
Oorzaak: Setup kan waarschijnlijk geen apparaatcontroller detecteren (bijvoorbeeld een dvd of vaste schijf).
Oplossing: U lost dit probleem op door het stuurprogramma als volgt te laden.
Het stuurprogramma voor de apparaatcontroller tijdens Setup laden
-
Sla het bestand op naar een diskette, cd, dvd of USB-flashstation (Universal Serial Bus) in de hoofdmap van de media of in een van de volgende mappen: amd64 voor x64-computers, i386 voor 32-bits computers of ia64 voor Itanium-computers.
-
Start Setup. U kunt vanaf de product-dvd opstarten, of Setup vanuit Windows starten.
-
Klik op Stuurprogramma laden op de pagina voor schijfselectie (of druk op F6), en volg de instructies.
Begin van pagina Aanvullende informatieBegin van pagina Copyright
De informatie in dit document, met inbegrip van verwijzingen naar URL's en andere internetwebsites, kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. Tenzij anderszins vermeld, zijn alle in dit document vermelde bedrijven, organisaties, producten, domeinnamen, e-mailadressen, logo's, personen, plaatsen en gebeurtenissen fictief. Eventuele overeenkomsten met bestaande bedrijven, organisaties, producten, domeinnamen, e-mailadressen, logo's, personen, plaatsen of gebeurtenissen berusten geheel op toeval. U bent zelf ervoor verantwoordelijk om aan alle van toepassing zijnde copyrightwetten te voldoen. Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook en evenmin in een gegevensopzoeksysteem worden opgeslagen zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Microsoft Corporation.
Microsoft is mogelijk in het bezit van octrooien, aanvragen voor octrooien, merken, auteursrechten of andere intellectuele eigendomsrechten met betrekking tot materiaal in dit document. Tenzij uitdrukkelijk vermeld in een schriftelijke gebruiksrechtovereenkomst van Microsoft, kunt u geen gebruiksrecht op deze octrooien, merken, auteursrechten of andere rechten op intellectueel eigendom ontlenen aan dit document.
© 2008 Microsoft Corporation. Alle rechten voorbehouden.
Microsoft, MS-DOS, Visual Basic, Visual Studio, Windows, Windows NT, Windows Server, Windows Vista en Active Directory zijn gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen.
Alle andere handelsmerken zijn eigendom van hun respectieve eigenaren.
1.1
Begin van pagina |